106
tot uitbreiding van het Badhuis werd daargesteld. Dit
gebouw', door twee vleugels vergroot, bevat thans 93 ka
mers voor logeergasten bestemd en twee' groote zalen, voor
de ontvangst van het publiek ingerigt. Bij eene op nieuw
gedane verpachting werd het Badhuis, met de daaraan ver
bonden badinrigting, met ingang van 1 Mei 1856, voor 5
jaren verpacht aan den heer J. de Wjtt, aan wien de exploitatie
gereedelijk kon worden toevertrouwd. Ten volle naar ver
wachting werd het zoo ruime gebouw, door vreemdelingen
zoowel als door Nederlanders en ingezetenen, in grooten
getale bezocht en mogt men de voldoening smakendat
de aangebragte vergrooting en verbetering daarvan ruim
schoots aan het doel beantwoord heeft. De uitkomsten van
het badsaizoen zijn bereids in het Dagblad van 's Graven-
hage van den 29sten October 1856 vermeld geworden. Ge
noeg zij het hier te herhalen, dat er zijn gebruikt 19,800
baden, als:
Groote koetsen 11,468. Douchebaden 600.
Kleine 5,932. Binnenbaden 1,800.
Van even veel belang mag ook de badinrigting van den
heer Maas genoemd wordendie een zeer levendig bezoek
mogt ondervinden en aan het talrijk opkomende publiek,
gedurende de maanden Junij, JulijAugustus en September,
eene even geschikte gelegenheid tot badenals tot ver-
strooijingverschafte.
Het is ons een streelend genoegen, ten slotte van ons
Verslag over den toestand der Gemeente, als den korten inhoud
daarvan te mogen opgeven, dat het jaar 1856 voor 'sGra-
venhage niet ongelukkig is geweest. Over het goede van
den gezondheidstoestand over den bloei van het onderwijs,
over het niet toenemende der armoede hadden wij te roemen
en wij mogten ons bovendien verheugen in een tijdperk, dat
voor landbouw voordeelig was, voor de industrie niet on-