10
a.
regelende de invordering dier belasting, welke beide
verordeningen afgekondigd zijn den 24sten Junij 1856;
Den 15den April 1856 de verordening, houdende straf
fen op de overtredingen van het Koninklijk besluit
van den Sisten Augustus 1818 {Staatsblad n". 33),
houdende bepalingen omtrent de beurt- en veerschepen
in dit Rijk, afgekondigd den 27sten Mei 1856;
Den 3den Junij 1856 de verordening op de verdeeling
der Gemeente in wijken en derzelver bestuureerst
-tegen de maand September in werking gebragt
Den 13den Junij 1856 de verordening, vermeldende de
titels der verordeningentegen wier overtreding straf
is bedreigd, welke nog geldende zijn, welke verorde
ning is afgekondigd den Isten Julij 1856;
Den 8sten Julij 1856 de verordening op het lossen en
vervoeren van zeestarren of vijfvoeten, den 7den Augustus
1856 afgekondigd, en
Den 12den September 1856 de verordening, regelende
het gezondheids- en politietoezigt op de openlijke hui
zen van ontucht en de publieke vrouwen, den lOden
October 1856 afgekondigd.
(De verordeningen, die in dit jaar niet werden afgekon
digd, waaronder behooren die op de belastingen enz., heeft
men ordeshalve hier niet opgenomen, ten einde ze te kun
nen vermelden in het Verslag over dat dienstjaar, waarin
zij ten uitvoer gelegd zijn.)
Bovendien werd in 1856, den 28sten Januarij, afgekon
digd het door den Raad den 29steu Augustus 1854 vast
gestelde reglement voor de hulpkantoren der Stadsbank van
leening te s Gravenhage; terwijl nog de volgende instructiën
werden vastgesteld, als:
Door den Gemeenteraad
Die voor den havenmeestergearresteerd den 2den
Januarij 1856;