52
I
1
ververschingde inrigting, aan dat alles zijn eischen ver
bonden, die niet zoo gemakkelijk in één terrein te vereenigen
zijn en wanneer men dan bij voorraad geholpen is, zoo als
hier het geval mag heeten, dan kunnen die moeijelijkheden
niet zoo ligt geacht worden. Het is evenwel te verwachten,
dat bij de voortzetting van het kanaal en het meerder ge
bruik, dat daarvan zal worden gemaakt als vaart naar Sche-
veningen, eene verplaatsing der Zwemschool ook uit dat
oogpunt noodzakelijk zal worden en dan zal van onzen
kant ook alles worden aangewend, om de bezwaren uit den
weg te ruimen, waardoor de keuze van een terrein thans
gedrukt wmrdtterwijl daarbij tevens te gemoet gekomen zal
worden aan de klagten door particulieren aangeheven over
de nadeelen, voortvloeijende uit de tegenwoordige inrigting,
nu de Zwemschool, hoofdzakelijk voor militairen daarge-
steld, voor de ingezetenen in het gebruik eenige bezwaren op
levert. De school werd in 1856 bezocht door 60 leerlingen.
Ten aanzien der alhier bestaande Industrie- en handwerk-
school moeten wijbij gebrek aan berigtenkort zijn. Als
ondersteuning van wege de Gemeente werd haar, behalve
het vrij gebruik van het schoollocaal op de Voldersgracht,
in 1856 ook nog eene toelage verleend van ƒ100 voor de
kosten van verwarming, terwijl zij van de zijde der inge
zetenen nog steeds dezelfde hulp ondervindt, die hare op-
rigting in 1854 mogelijk maakte. Wij stellen in het onder
wijs dezer inrigting groot belang, aangezien alles wat strekken
kanom den handwerksman in de gronden van zijn vak te
bekwamen en hem dus in staat te stellen met vrucht te
staan tegenover den arbeid in den vreemde, welvaart en
geluk verspreidt in de Gemeente; uit dien hoofde zouden
wij aaneensluiting van de Handwerk- en industrieschool
met de later te bespreken Teeken-academié eene wensche-
lijke zaak achtendaar de laatste voor een gedeelte het
zelfde doel beoogt en vereenigde werking hier voorzeker
beter zoude zijn dan verdeeling en splitsing van krachten.