65
de Heeren J. A. Stricker en
oudheid- en penningkunde, lief-
enz. van de Heeren A. D. Schin-
Ofschoon van elk dezer verzamelingen telken jare voor
ons Verslag zeer veel zoude te zeggen zijn uithoofde barer
uitgebreidheid en belangrijkheid, willen wij ons daarvan
onthouden, omdat zoodanige beschouwing te ver zoude
leiden en wij de grenzen, die ook dit ons werk als van
zelf zijn aangewezen voorzeker daardoor zouden te buitengaan,
Het Rijksmuseum van oudheden, vereenigd met de Ja-
pansche verzameling van den Heer van Overmeer Fischer;
Het Rijkskabinet van schilderijen van oude meesters;
Het Penningkabinet;
De kunstverzamelingen van de Heeren Jhr. H. Steen
gracht d’Oostert.and, W. D. A. M. Baron van Brienen,
Mr. D. van de Wijnpersse en P. J. Landry;
De Verzamelingen van
hebberijenkunstproducten
kei. en J. N. Hurad en
De penningkabinetten van
W. F. G. Meijer.
De tentoonstellingen van verschillenden aard, alhier in
1856 gehouden, bepaalden zich tot twee bloembouquetten-
tentoonstellingengehouden den 24sten en 25sten April en
den 22sten en 23sten September 1856 in het locaal der
Teeken- en Muzijk-Academie.
Getuigde de eerste reeds van meerdere ontwikkeling in
het bloemenvak, de laatste droeg de duidelijke blijken van
vooruitgang in smaak en kennis van cultuur bij de inzen
ders in eene rigting, die als het ware tot heden toe was
voorbijgezien en waarvoor de natuur in haren rijkdom zulk
een tal van schoonheden aanbiedt.
Als boek- en andere wetenschappelijke verzamelingen,
archieven enz. sommen wij op:
Het Rijks Archief;
De Rijks Bibliotheek, en
Het Museum Meermanno Westreenianum.
5