67 nagaan van de verschillende armenadministratiën en inrigtin- genom uit de beschouwing daarvan U de overtuiging te doen erlangendat onze meening in deze niet onjuist is. Het meest bekend met de administratie over onze Ge- meentearmen, willen wij daarmede aanvangen, die verdee- lende in de armen van 's Gravenhage en van Scheveningen. De kosten van het Gemeente-armenbestuur alhier hebben in 1856 meer bedragen dan in het vorig jaar; doch met eenige toelichting zal het bezwarende, dat daarin gelegen mogt zijnwel grootendeels wegvallen. In 1855 had men afzonderlijk nog eene somma van f 5000 ongeveer uitge trokken voor de kosten van alimentatie van elders arm lastigen, welke kosten nu met de hoofdsom zijn vereenigd; in 1855 bedroegen de verplegingskosten van krankzinnigen voor andere Gemeenten, die tot nog toe door het Gemeente- armbestuur gedragen werdenbijna de helft minder dan in 1856; in dit jaar heeft men iugerigt het Bestedelinghuis der Gemeente en de eerste kosten van aanschaffing van verscheidene behoeften hebben den algemeenen post bijzon der gedrukt. Daarenbovenen men verlieze zulks niet uit het oog, zoo het moedig besluit der Nederduitsche Her vormde Diaconie, om voor de subsidie der Gemeente te be danken gunstig heeft gewerkthet heeft toch eenigen invloed uitgeoefend op het cijfer voor het Gemeente-armenbestuur benoodigdzoo door meerder gevorderde bedeeling als door hoogere alimentatiekosten in de Gestichten der Nederduit- sche Hervormde Gemeente en anderzins. Deze opmerking worde geenzins beschouwd als eene klagt over dien veran derden toestand; zij dient alleen om tegen te gaan, dat uit het hooger bedrag voor het Gemeente-armbestuur alhier in 1856 gevorderd (ruim f 63,000), verkeerde gevolgtrekkingen worden gemaakt. Dat armbestuur gaat voort op de wijze als de Wet van den 28sten Junij 1854 (Staatsblad n”. 100) en de daaruit voortvloeijende Raadsbesluiten voorschrijven en het verdient lof wegens zijne volharding in de getrouwe

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1856 | | pagina 67