87 toch ander Met uitzondering van onder het vee, zijn er het vee waargenomen waarvan of wordt hier hout- zin des woords en aanwezen van het een en Kleine boomkweekerijen de aardappelziekte en de longziekte geene ziekten der gewassen en van en ook omtrent deze beide plagen de eene minder de andere bij voortduring meer schade aanbragt, mogen wij ons toch wederom in hare afne ming verheugen. De staat, als bijlage lett. I1 achter dit Verslag volgende, houdt in de hoeveelheid der beteelde bunders, met opgaaf der hoofdgewassen en tweede vruchten, alsmede na welk gewas laatstgemelde zijn geteeld, benevens de opgave van den op brengst per bunder en van den gezamenlijken opbrengst, uit gedrukt in mudden ponden stuks of geldswaarde in guldens. Omtrent tuinbouw en bloemisterij kunnen wij aangeven, dat die beide vakken van landbouw in de beoefening vooruit gaan en dus gelijken tred houden met toenemende behoefte en aanwakkerende liefhebberij. Beide hebben in 1856 over het algemeen gunstige uitkomsten gegeven; alleen zijn de boomvruchten tegengevallen door de late nachtvorsten. Boomgaarden zoude men in onze Gemeente te vergeefs zoeken en wij vinden ons daarom buiten de mogelijkheid van haar aantal en uitgestrektheid of van haren opbrengst eenige opgaven te kunnen doen. Evenmin zijn hier boomkweekerijen teelt uitgeoefend in den waren durven wij zoo bepaald het in onze Gemeente niet ontkennen, van de Gemeente vindt men toch aan het kanaal en bij het Burgergasthuis, terwijl sommige gedeelten van de Sche- veningsche bosschen wel degelijk in aanmerking mogen genomen worden, wanneer er sprake is van houtteelt; doch het onbeduidende aan de eene zijde en het minder geregelde aan den anderen kant doen ons evenwel dit punt als van weinig beteekenis overstappen, om uwe aandacht in het voorbijgaan te vestigen op de moeijelijkheid, voor ons ge legen in de opgaven in bundertallen van opgaand hout

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1856 | | pagina 87