113 HOOFDSTUK XIV. Handel- en Fabrieksnijverheid. van 1857 in 1856 350,573.95 - 339,883.00 verschil in meerder f 10,690.95 verschil in minder op den haring - 22,344.10 verlies 11,653.15 Het ongunstige en dikwerf stormachtige weder was oor zaak van de geringere haringvangstmaar al moet men die vermindering erkennen en zelfs toegeven, dat op de geheele vischvangst tegenover het vorig jaar een verlies is geweest van ruim f 11,000dan nog gelooven wij te moeten zeg gen, dat de visscherij zich te verheugen heeft gehad, zoo niet in een buitengewoon dan toch in een zeer goed jaar, het welk alleen tegenover het zeer gunstige 1856 wegvalt, maar tegenover de meeste andere jaren gelukkig stand houdt. Wij roemen hierinomdat ons bij de toenemende bevolking van Scheveningen de bloei der visschersvloot en hare voor- deelige handelingen zeer ter harte gaan als het middel van bestaan voor allen en de grondslag van algemeene weelvaart voor die wijk onzer Gemeente. Eindigden wij het vorig Hoofdstuk met te wijzen op den grondslag van welvaart te Scheveningenwij zien bij dit Hoofdstuk het terrein onzer beschouwingen meer uitgebreid daar het ons brengen zal tot een overzigt van datgenewat een belangrijken invloed op de algemeene welvaart kan uit oefenen n Nijverheid zz. Oneindig grooter dan vroeger is de belangstelling in dezen tak van volksbestaan in de laatste jaren hier ter stede ge worden en wij gelooven er te kunnen bijvoegendat ook 8

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1857 | | pagina 113