46 den staat, als bijlage lett. B hierachter opgenomen, welke staat op nieuw is nagezien en voor zoo veel noodig aangevuld. Over de Gemeentewegenals een onderdeel onzer admi nistratie, wenschen wij evenwel nog in het midden te bren gen, dat door de ambtenaren der fabricagie op het onder houd dier werken naauwkeurig is acht gegevenmaar dat de Gemeente hieromtrent, ten minste voor zoo veel de straatwegen betreft, eenigzins geleden heeft onder het pligt- verzuim van den aannemer, die de bij het bestek voorgeschre ven vernieuwingen niet geregeld op zijnen tijd uitvoerde, zoo zelfs dat wij gedwongen zijn geweest, zijne borgen voor de nakoming zijner verpligtingen aan te spreken. Naar aanleiding van den te kennen gegeven wensch bij het algemeen verslag omtrent de Gemeentebegrooting voor 1858, dat achter Scheveningen een nieuwe weg naar het Badhuis mogt Jtworden aangelegdwillen wij hier nog bijvoegen, dat dit denkbeeld niet door ons is voorbij ge zien, en dat wij nog steeds letten op alles, wat ons in de gelegenheid zoude stellenzoodanigen weg aan de oostzijde van Scheveningen aan te leggen; maar wij houden hierbij in het oog, dat die zaak niet dringend noodzakelijk is, en daarom de minst kostbare wijze van handelen, tot bereiking van dit doelbehoort te baat genomen te wordenterwijl die alleen bestaan kan in het afwacbten der gelegenheid, om gemakkelijk in het bezit der noodige gronden te geraken. Ofschoon de bruggen onder deze rubriek niet worden ge noemd, zal het niet ongepast zijn, om op het voetspoor van vorige verslagenook nu omtrent dat onderwerp mede te deelendat het onderhoud dier werken, bij aanneming ge schied zeer goed is geweesten dat de meeste bruggen in de Gemeente in eenen voldoenden staat verkeeren. De ijzeren bi e. RIVIEREN, KANALEN EN VAARTEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1857 | | pagina 46