so
tie
een
Bijzonderheden van eenig belang hebben zich in den
afgeloopen jaarkring niet voorgedaan. Over het algemeen
schijnen de ijver der onderwijzers en de vorderingen der
leerlingen reden tot tevredenheid op te leverenwaarvan
het in Julij 1857 gehouden examen en de daarop gevolgde
soiree de blijken hebben gegeven.
Het onderwijzend personeel is vermeerderd door de in-
dienststelling van den heer J. Giese, als onderwijzer voor
de violoncelen in het personeel der Commissie van toezigt
heeft geene verandering plaats gehad.
Het tooneel is de derde inrigting voor kunstwaarover
wij U te berigten hebben als eene door de Gemeente onder
steunde zaak. De heeren Breedé en Valois, over wie wij
alle reden van tevredenheid hebben ten aanzien hunner direc-
van het Hollandsch tooneel, zijn door ons weder voor
jaar tot Directeuren van dat tooneel benoemd, vooral
ookomdat wij in de benoeming van een anderen Directeur
geene betere toekomst voor den Hollandschen Schouwburg
alhier meenden te kunnen zienen dan de tegenwoordige
titularissen den voorrang behielden aangezien zij door ordelijk
heid en ijver bewezen hadden goede administrateurs te zijn.
Het Fransche Tooneel was even als in 1856 een bron van
moeijelijkheden en bezwaren, waarvan de weerklank voor
zeker ongunstig heeft gewerkt op den toestand van het per
soneel en hierdoor welligt weder op de financiën van den
Directeur. De heer Vachette, Directeur tot ultimo Mei
1857, verliet op dien laatsten dag zijner gestie zijnen troep,
zonder aan de vorderingen van zijne contractanten te vol
doen; daaruit kwamen vele onaangenaamheden voort, die
evenwel niet beletteden dat de heer A. Combettes, de
nieuwe Directeur, den Isten Julij zijne dienst aanving en
hoewel met weinig geluk, de onderneming steeds heeft vol
gehouden. In 1857 werden als nieuwe stukken gemonteerd:
l'Etoile du Nord van Meyerbeer en les Dragons de Villars
J