1J6 HOOFDSTUK XIII. VerveeningJagt en Vlsscher(|. a. van den veestapel valt niets bij- De staatals Bijlage lett. I hier- hoe vele hengsten, ruinen, meniën en slagtossen, koeijen en kalveren, voor ’s Gravenhage onbehan- Dit onderwerp kunnen wij deld laten. Wij mogen bij de bespreking van het artikel n Jagt zz verwijzen naar hetgeen daaromtrent in vorige Verslagen is gezegd, aangezien in den staat van het jagtveld geene de minste verandering heeft plaats gehad. Bovendien is deze zaak van weinig belang voor onze Gemeente, daar men hier evenmin grof wild als waterwild aantreft. Ten aanzien van van het Scheveningsche strand heeft tot gevolg gehaddat in 1858 eene oppervlakte van 1 bunder 39 roeden 82 ellen voor bebouwing is uitgegeven en bestemd. Ontginning van afgeveende of dalgronden kwam voor onze Gemeente, bij ontstentenis dier gronden, niet in aan merking. Omtrent den toestand zonders op te merken, achter gevoegd, geeft aan en veulens, stieren, trek- ezelsmuilezels schapen houders van schaapskudden var kens bokken en geiten, volgens de daarvan in Januarij 1859 gedane opneming in onze Gemeente voorhanden zijn. Eene opgave van het aanwezige pluimvee te doen is on mogelijk, en bijenteelt heeft alhier niet plaats. De opgave van demiddenprijzen van veld- en tuinvruchten, ooft, vee, boter en kaas, hout en schors, alsmede van de ter markt gebragte hoeveelheden vindt men vermeld in den staat, Bijlage lett. K, achter het Verslag. VERVEENING. b. JAGT.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1858 | | pagina 116