129 Dit 's Gravenhage op Delft op onze uitnoodiging ondernomen en door hen tot na het eindigen van het badsaizoen volge houden met dat gunstig gevolg, dat eene bruto ontvangst plaats had van ruim f 1500 en de veerschippers zich ge noopt hebben gevonden tot de aanvraag om concessie voor deze dienst gedurende den tijd van drie jaren. De Kamer van Koophandel en Fabrieken zegt het te moeten betreuren, dat de eindelijke regeling van het beurt- veerwezen in het afgeloopen jaar nog niet tot stand is ge komen en wij moeten tot ons leedwezen de regtmatigheid dier klagt erkennenhopende dat de kwijning der beurtvee- renwelke als het gevolg hiervan wordt voorgesteld niet zóó ver gevorderd isdat de aanstaande regeling ze uit dien staat van achteruitgang niet zou kunnen opheffen. Werd door ons bij de behandeling van het onderwerp der vorige gezwegen van de pogingenwelke in het werk gesteld werden voor den aanleg eener zeehaven te Scheveningenofschoon deze zaak daarmede in een regt- streeksch verband staatwij deden zulks, omdat de behan deling dier aangelegenheid van genoegzame bekendheid is, om haar hier niet te herhalenen ook omdat wij daarom trent nog op geen voldoend resultaat te wijzen hebben. Diezelfde redenen doen ons ook afzien van de mededeeling van al wat betrekking heeft tot den aanleg van een spoor weg van 's Gravenhage naar Scheveningen en tot de aan sluiting onzer Gemeente aan het groote spoorwegnet, alleen willen wij er van zeggen, dat alle hoop bestaat, om in 1859 de zekerheid dier aansluiting te erlangenen is die zekerheid nu eenmaal verkregendan is de veronderstel ling niet te gewaagd, dat de Scheveningsche lijn spoedig volgen zal. Verwezenlijken zich daarbij de plannen voor 9 "O MIDDELEN VAN VERVOER TE LANDE. C.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1858 | | pagina 129