IS
i
Het badsaizoen is in 1858 over bet algemeen voor Sche
veningen, in vergelijking met het vorig jaar, minder gunstig
geweest, maar wanneer men het afgeloopen saizoen op zich
zelf beschouwt, heeft men geene reden om zich te beklagen,
hetzij uit een financieel oogpunt, hetzij uit dat der werking
van het bad op lijdende badbezoekers. Het laatste oogpunt
is voorzeker van het meeste belang voor Scheveningen,
want aan de gunstige resultaten van het zeebad meenen wij
het te mogen toeschrijven dat, niettegenstaande overal ge
klaagd werd over het geringe aantal vreemdelingen Sche
veningen betrekkelijk veel bezocht werd. Het Gemeente-
badhuis was voortdurend bezet eveneens als het Hotel garni,
dat, hoewel nog niet geheel voltooid, getoond heeft aan
eene groote behoefte te gemoet te komen.
De Commissie voor de badinrigting heeft niets verzuimd
om het verblijf te Scheveningen voor de badgasten aange
naam te maken; muzijk, bals, lectuur, dagbladen, gelegen
heid tot allerlei spelen maakten de uitspanningen uit, die
voor iederen bezoeker van Scheveningen beschikbaar waren en
groote afwisseling bezorgden in het anders eentoonig leven
aan eene badplaats.
De Bazar, waarvan wij in het vorig Verslag melding
maaktenis weder geslotenmaar daarentegen zag men win
kels openendie genoegzaam voorzien in hetgeen men te
Scheveningen noodig heeft, en die bij de steeds toenemende
uitbreiding aldaar en het altijd vermeerderend bezoek voor
zeker eene goede toekomst te gemoet gaan.
van Zvid-Holland van den 23sten Maart 1858, n”. 10
{Prov. blad n’. 39), zoodat de bestaande verordeningen nog
steeds in werking blijven. Gelukkig voldoen die verorde
ningen genoegzaam aan de behoefte en lijdt dus de dienst
zelve geene schade door dit oponthoud.
BADINRIGTING TE SCHEVENINGEN.
J"
I