I 54 aan den eenen kant beroemen mag op de hulp der meer gegoede standenis het aan de andere zijde de medewer king tot reinheid en zindelijkheid bij de onvermogenden die meermalen onbreekt, en hierdoor ontstaat het kwaad, waarover het meest wordt geklaagd. Wel stemmen wij toe, dat èn de bekrompenheid der woningen èn de levenswijze aanleiding geven tot minder bezwaar in het wegwerpen van vuil op de straten en het neerleggen van allerlei afval in de hoeken, maar de zaak is van te veel belang om er niet steeds het oog op gevestigd te houdenen waar de Ge meente voor het reinigen der stratenhet baggeren der grachtenhet aanleggen van riolenhet weghalen van vuil enz. zoo belangrijke sommen besteedt en anderen zich in spannen om hetzelfde doel te bevorderendan mag men immers ook op die negatieve medewerking wel aandringen. Van de middelenwelke aangewend worden tot voorko ming van ziekten en epidemiëngaan wij over tot die welke strekken tot bestrijding daarvan waarbij wij evenw’el dadelijk willen doen uitkomen, dat hier de scheidslijn tus- schen politie- en armenzorg moeijelijk te trekken zoude wezen. De genees- en heelkundige hulp, welke door de Gemeente op eene ruime schaal wordt verleend aan allen, die niet bij magte zijn die hulp zich zelven te verschaflën, mag hier in de eerste plaats worden genoemd en daaraan verbindt zich de Gemeente-apotheekeene inrigting, welke zich kenmerkt door ordelijkheid en zuinigheid duidelijk blijkbaar uit de geregelde bediening van het talrijk publiek, dat zich dagelijks aan deze inrigting vervoegt, en uit de betrekkelijk geringe kosten van de apotheek. Het getal der in 1858 gereed gemaakte recepten bedroeg 94,418 en bet totaal der uitga ven is blijkens de rekening f 10,819.25 j geweest. Bij het personeel der Inspectores werd, ter vervanging van den heer Dr. D. B. Rijke,'die zijn ontslag gevraagd heeft, door i'

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1858 | | pagina 54