Ill
I.
a.
b.
i
c.
d.
1°.
3°.
d
heid tot handenarbeid welke onze Gemeente tegenwoordig
aanbiedt, op grooten prijs, want wij beschouwen haar niet
als voorbijgaande of overdrevenmaar als het gevolg van
geleidelijke ontwikkeling en vergrooting der Residentie, die,
wat ook verder hare bestemming moge zijn, thans hare
meeste inkomsten nog moet putten uit hare bekendheid als
plaats van weelde.
Wij zullen ons hierin evenwel niet verder verdiepen en
liever Uwe aandacht vestigen op hetgeen alhier tot leniging
en vermindering der armoede -werd aangewend. Bij deze
beschouwing willen wij de ter bestrijding van armoede ge
bezigde middelen verdeelen in
die van de Gemeente uitgegaan
die door de Kerkelijke Armbesturen aangewend, en
die door de particuliere liefdadigheid ter hand genomen.
Wat de Gemeente ter voorkoming en bestrijding van
de armoede in 1859 gedaan heeft, kan men het beste beoor-
deelen wanneer men het VUIste Hoofdstuk der Gemeente-
begrooting ter hand neemtmen vindt daar vermeld
De kosten van vrije genees- en heelkundige hulp
aan armen en minvermogenden verleenddie even als
in vorige jaren weder de somma van 5980 heb
ben bedragen
De kosten der Gemeente-Apotheek en die van medi
cijnen voor de armen te Scheveningenwaaraan de
belangrijke somma van f 10,639.61 werd besteed;
De subsidiën aan de Kerkelijke Armbesturen, die, met
inbegrip van hetgeen hun toegekend is voor spijsuit-
deeling bedragen hebben f 37,500
De kosten van het Gemeente-Armenbestuur alhier en
te Scheveningenvoor zoo verre nu bekend ismet
die der buitenbedeelingen bedragende f 69,363.00|
2’.