I 121 1°. 2°. 1,138 4°. 865 5°. 250 B. Getal personen door elke soort deeld verpleegd of daarvan op de weldadige werking ondervonden hebbende: van instellingen be- eene of andere wijze de Godshuizen 508 oude lieden 105 gebrekigen en 966 kinderen. Gestichten uitsluitend voor zieken. Genootschappen tot het verleenen van on derstand aan behoeftige kraamvrouwen Van deze lijst is vervallen de vereeniging tot uitoefening van het- patronaat over de armenwelke ten gevolge van gebrek aan genoegzame deelneming, met den Isten Januarij 1859 is opgeheven. Van de Hofjes zijn van de lijst vervallen het Hofje van Hogelanden en dat van Van Wouw, als volgens Besluiten van Gedeputeerde Staten van Zuid-Hollandniet onder de Instellingen van Weldadigheid behoorende. Overigens heeft men deze lijst geheel in verband gebragt met die der Instellingen van Weldadigheidopgemaakt overeenkomstig art. 3 der Wet van den 28sten Junij 1854 {Staatsblad n°. 100). Huiszittende armen 8242 geheel 6561 gedeeltelijk. Commissiën en vereenigingendie gedurende den winter uitdeelingen doen van levensmiddelen en brand- stoften. Genootschappen die aan schamele armen onderstand verleenen I Personen. 3’. (die in den regel slechts een gedeelte van liet jaar verpleging erlangden.) (Hiervan kan geene juiste opgave geschieden.)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1859 | | pagina 127