140 b. BIXXÏNI. AXDSCKE SCHEEPVAART. C. vermeerdering 1,677.72j Het gebouw der Hal werd echter dadelijk tijdelijk verhuurd tot hetzelfde doeleinde. Ten aanzien van den handel in het algemeen bepaler, wij ons tot de verwijzing naar Bijlage lett. M, waarin de Kamer van Koophandel en Fabrieken hare meening over dat onder werp uitspreekt. van de hoofdsom af, dan een gering bedrag, dat derde hooger is dan in 1858. Dit onderwerp kunnen wij voor onze Gemeente met stil zwijgen voorbijgaan. BUITENI. ANDSCHE HANDEL. Die opbrengst was in 1859 14,202.851 en over 1858 - 12,525.13 Behalve de vergelijkende tabel tusschen het aantal sche pen naar tonneninhoud in 1S58 en 1859 alhier binnenge komen, als Bijlage lett. P hier achter gevoegd, ontleenen wij uit de opgaven, ons door den Controleur der Plaatse lijke belastingen verstrekt, nog de volgende bijzonderheden omtrent de opbrengst van het haven-kade- en leggeld. waarvan de oorzaak is gelegen in den geringen tijd dat in 1859 besloten water is geweest en in den belangrijken aanvoer van bouwmaterialen. Het grootste gedeelte dezer opbrengst bestaat uit haven geld, waarvoor geïnd werd f 14,963.13doch weder geres titueerd eene somma van ƒ1891.51, bedragende dus de netto ontvang 13,071.62. Neemt men nu nog het totaal van het kaaigeld ad f 791.52 j blijft er voor het leggeld slechts evenwel ongeveer een

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1859 | | pagina 146