77 (Bijlage lett. F) en in den daarbij behoorenden staat (Bijlage lett. G) de noodige bijzonderheden en statistieke opgaven medegedeeld, zoodat wij ook hierover het stilzwijgen kunnen bewaren, alleen opmerkende, dat de bouw eener nieuwe Gemeentebewaarschool is geschied met het oog op de toe- op de be- der nemende behoefte aan dergelijke inrigtingen en kendheid der gebrekkige verhouding van den omvang bestaande openbare bewaarscholen tot die behoefte. Ook ten aanzien van verschillende andere scholentot deze rubriek behoorende, kunnen wij verwijzen naar het bovengenoemd Verslag, doch wij willen omtrent sommige daarvan nog eenige mededeelingen opnemen, welke wij grooten- deels danken aan de welwillendheid der Besturen over die inrigtingen. Het eerst komt daarvoor, de orde van vorige verslagen volgende, in aanmerking de herhaling- en industrieschool van de ’s Gravenhaagsche Afdeeling tot Nut van ’t Algemeen. Zij werd gedurende den afgeloopen winter door minder leerlingen bezocht dan bij hare oprigting; evenwel bedroeg het getal knapen, dat getrouw gebruik van het onderwijs maakte, tusschen de 30 en 40, en dit getal heeft de ver wachting der Commissie nog overtroffenomdat zij moest vreezen dat bij de opening der Academie voor beeldende kunsten en technische wetenschappen hare inrigting mindere deelneming zoude erlangen. Met genoegen heeft men dus geziendat velen er aan hechten de herhalingschool met het industrieel onderwijs te vereenigen, en daarom vooral mag het vermeld worden, dat het onderwijs op de herhalingschool gegeven zeer doelmatig, de orde aldaar voorbeeldig was en dat ook het onderwijs in het teekenen goede resultaten opleverde. De schóól werd tot op het oogenblik, dat de Gemeente zelve gebruik wenschte te maken van het locaal op de Voldersgrachtmet onze toestemming steeds in dat locaal gehouden. I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1859 | | pagina 83