81
J
uit de van
dige Zwemschool laat veel te wenschen over,
het toch niet onjuist vindendat wij ons I
met het toestaan van uitgaven voor meer
noodige herstellingen, want de noodzakelijkheid der
plaatsing doet het tegenwoordig locaal slechts als tijdelijk
beschouwen. Gelukkig leed het onderwijs niet onder den
indruk dezer onzekerheid; zelfs zagen wij met genoegen,
den Isten Luitenant, belast met de Directie,
ontvangen mededeelingendat de Zwemschool in het afge-
loopen jaar door 83 leerlingendus door 7 meer dan in
1858, bezocht werd. In dat rapport worden de getrouwe
opkomst en de aan den dag gelegde ijver der leerlingen
geroemd, terwijl omstandig de verkregen uitkomsten van
het onderwijs medegedeeld worden. Die uitkomsten waren
hoogst gunstig en verblijdend en bleken duidelijk bij den
aan het einde van het saizoen gehouden wedstrijd, waarbij
zelfs prijzen werden behaald door enkelendie in 1859
voor het eerst het onderwijs hadden bijgewoond.
De leeftijd der leerlingen was van 7 tot 16 jaren eene
uitzondering maakten de weinige, die reeds van meer ge
vorderden leeftijd waren.
Ook door het garnizoen werd van de Zwemschool getrouw
gebruik gemaakt; een honderdtal onderofficieren, korporaals
en manschappen, vrijwillig daarvoor opgegeven, nam gere
geld tweemalen ’s weeks aan de oefeningen deelen ook
hiervan waren de resultaten voldoende.
De Commissie over de Stads-rijschool verklaart in haar
jaarlijksch rapport over die inrigting, dat zij alle reden
heeft om tevreden te zijn over den bloei der Rijschool en
over de wijze, waarop zij door den Directeur Jhr. O. 11. de
6
Tot ons leedwezen kunnen wij voor de Zwemschool een
zoodanig gunstig verschiet niet openenomdat het ons steeds
ontbreekt en blijft ontbreken aan een geschikt terrein ter
overbrenging dezer inrigting. De toestand der tegenwoor-
en men zal
bezwaard achten
dan voor hoog
ver-