en dat der kweekelingen 45, waar- Gedurende 1860 zijn 2 hulponder- en 5 nieuw aan onderwijzers verleend. heden hebben aangevangen. De Heer van Boeren, hoofdonder wijzer der school voor minvermogenden te Scleveningenheeft met den Isten October laatstleden bedankt voor zijne betrekking van onderwijzer aan eene der bijbelsche leerscholen van de ’s Graven- haagsche Bijbelvereeniging. Den 26sten September 1860 mogt het den hoofdonderwijzer H. van den Heuvel te beurt vallen vijftig jareneerst te Buiksloot en daarna te 's Gravenhagehoofdonderwijzer geweest te zijn. De Plaatselijke Schoolcommissie vermeent van deze gebeurtenis in haar verslag te eerder melding te moeten maken, daar het on derwis in het algemeen en vooral dat in deze Gemeente zeer veel aan dien voortretfelijken hoofdonderwijzer is verschuldigd. Het getal hulponderwijzers bij de Gemeentescholen bedroeg den 31sten December 1860, 34, onder 8 Kijkskweekelingen. wijzers eervol ontslagen3 bevorderd2 verplaatst benoemd. Van de Kijkskweekelingen, die deel namen aan de normaalles sen waren geplaatst twee op de armenschool in de Lombardstraat twee op die in de Nieuwe Schoolstraat, twee op die op de Vol- dersgracht en twee op de tusschenschool. De veranderingen in het personeel blijken uit de tabellenter wijl die in de inkomsten der hoofd- en hulponderwijzers voorge vallen telken half jare ter regeling yan hunne bijdragen voor pensioen aan Burgemeester en Wethouders, overeenkomstig het Koninklijk besluit van den 24sten Maart 1858zijn medegedeeld. Er zijn geene klagten ingekomen, dat de onderwijzers iets zou den hebben geleerdgedaan of toegelatenwat strijdig was met den eerbied verschuldigd aan de godsdienstige begrippen van andersdenkenden Geene pensioenen zijn in 1860 In het vorig Verslag is melding gemaakt van het verzoek der Heeren Mozes Alvabez, hoofdonderwijzer op de godsdienstige Israëlitische school, en Karel Valken, hoofdonderwijzer op de school der Armeninrigtingom alsnog geplaatst te worden op de lijst A, behoorende bij het Koninklijk besluit van den 24sten Maart 1858. Het verzoek van laatstgemelden is toegestaan bij besluit van den Gemeenteraad van den 17den Januarij 1860, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten dezer Provincie den 24sten Januarij 1860.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1860 | | pagina 186