I
HOOFDSTUK I.
Bevolking.
wr
Bij gebrek aan eenen
der bevolking, achten wij
gegrond was
1849.
beteren maatstaf van berekening
ons verpligt die te volgen, welke
op de volkstelling van den 19den November
Het tijdstip naderende, waarop wij, naar aanleiding
van art. 182 der Gemeentewet, geroepen zijn U verslag
te geven van den toestand der Gemeente gedurende het
afgeloopen jaar, aanvaarden wij die taak op nieuw met lust,
omdat zij ons in staat stelt in vele opzigten te spreken
van bloei en vooruitgang en de gelegenheid biedt, om met
dankbaarheid te gewagen van zoo veel goeds, als der Resi
dentie in het jaar 1860 ten deele viel.
Wij vangen ons Verslag aan met hetgeen in het gegeven
voorschrift is vermeldals
1
LOOF DEH BEVOLKING GEDURENDE HET
AFGELOOFEN JAAR.