78
e.
onderwijs
het Gymna-
Het zoude ons gemakkelijk vallenalhier te verwijzen
naar de lijst der Maatschappijen, Genootschappen en Ver-
eenigingen ter bevordering van kunsten en wetenschappen,
alhier bestaande, zoo als die in het vorig Verslag werd
opgegeven, met vermelding der veranderingen, welke daarin
in 1860 zijn ontstaan maar de Circulaire van den Staats
raad, Commissaris des Konings in de Provincie Zuid-
llolland, van den 2den February 1855, n’. 1055 (l^Ze
Afd.}, verlangt, dat die instellingen niet alleen worden op
dat ook telken jare nagegaan worde wat
op het gebied van kunsten en weten
schappen is verrigt. Uit den aard der zaak moeten wij ons
daarbij evenwel bepalen tot eene algemeene beschouwing
zoowel omdat eene nadere uiteenzetting der gedane werk
zaamheden van ons een gedetailleerd onderzoek zoude eischen
waaraan groote moeijelijkheden verbonden zijn zoudenals
omdat wij dan van zelf aan dit Verslag eene te groote uit
gebreidheid zouden geven.
Het materieel en de hulpmiddelen voor het
zijn voldoende overeenkomstig de inrigting van
sium en over den staat van het Rectorshuis zijn ons geene
aanmerkingen bekend. Geenszins kunnen wij hetzelfde ten
aanzien der schoollocalen getuigenmaar daaromtrent ver
betering aan te brengen is bij de groote eischen welke het
Lager onderwijs in dezen tijd aan het Gemeentebestuur
doet, aan vele bezwaren onderhevig: eene desniettemin aan
gewende poging tot het verkrijgen eener betere localiteit
hebben wij, na overleg met Heeren Curatoren, opgegeven
met het voornemen evenwel, om geene gelegenheid te laten
voorbijgaan, welke zich mogt voordoen om in deze tot het
beoogde doel te geraken.
gesomd maar
door elk van haar
KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.
