79 Voor Letteren en Wetenschappen. Op het voetspoor van vorige Verslagen bespreken wij de bedoelde instellingen in de toen aangenomen volgorde. 1°. Het ’s Gravenhaagsch Departement der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen, waarvan het ledental de zelfde hoogte behield. Dit Departement behoort onder deze rubriek a. door het doen houden van zes lezingen voor zijne leden gedurende het wintersaisoenwelke lezingen over allerlei onderwerpen van kunst, wetenschap of smaak, over het algemeen zeer goed bezocht werden b. door de Leesbibliotheek voor minvermogenden eene vereeniging, die veel nut sticht en waarin de belangstelling zich bij voortduring handhaaft. De Bibliotheek bevat 2326 boekdeelen en als lezers werden voor 1859/60 361 personen inge schreven, waarvan 163 reeds vroeger lezers in deze inrigting waren en 198 voor het eerst toe traden. Onaangezien der goede verwachtingenwelke het Bestuur van de in het vorig jaar gehouden volks voorlezingen scheen te hebben zijn in dit jaar niet meer gehoudenomdat men ontwaard heeft dat zij weinig belangstelling vondenjuist bij henvoor wie ze in de eerste plaats waren bestemd. 2“. De Maatschappij Diligentia. De maatregelin het vorig jaar genomen tot beperking van haren werk kring tot de natuurkundige wetenschappen aan den eenen kant en uitbreiding aan de andere zijde door aanvulling van het museum van instrumenten en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1860 | | pagina 85