3 's GravenAage bleek dus het Plaatselijk Genees- de Plaatselijke Se- ons geopenddat dit de bevolking zoude aanwijzen en moeten verwijzen van Binnenlandsche Verslag vermeld is, de bevolking van te bestaan uit: 34.013 mannen, 42,567 vrouwen, totaal 76,580. Op pag. 4, 5 en 6 van het vorig Verslag zijn onze be schouwingen over den verkregen uitslag der telling mede gedeeld en het vooruitzigt werd door Verslag het juiste cijfer van doch wij zijn daarin te leur gesteld naar de Circulaire van den Minister Zaken, van den 15den December 1860, medegedeeld bij Prov. Had van 1860, n°. 138, waaruit blijkt, dat het totaal der volkstelling op den Sisten December 1859 nog niet als juist kan worden aangenomen zoodat van den jaarlijks in te zenden staat van den maandelijkschen loop der bevolking, als Bijlage A hierachter gevoegd, het zielental en resultaat dit jaar geheel moest worden weggelaten. Als Bijlage B laten wij volgen een nieuwen staat om trent de sterfte naar den burgerlijken staat en den ouderdom, opgemaakt met inachtneming der nieuwe voorschriften ter dezer zake ontvangenterwijl bovendien als Bijlagen C en D hierachter zijn gevoegd de staten omtrent de sterfte in 1860, opgemaakt door de Commissie van kundig Toevoorzigt uit de bij haar van cretarie (3<7e AfdPj ontvangen opgaven der geneeskundigen. Het voorschrift des Verslags vervolgende, kunnen wij op geven dat het garnizoen op den 31sten December 1860 bestond uit 2153 militairen, allen behoorende tot de landmagt; dat de bevolking van het huis van burgerlijke en mili taire verzekering bestond uit 120 mannen21 vrouwen en dus in totaal 141 dat in het geneeskundig gesticht voor krankzinnigen ver pleegd werden 40 mannen, 61 vrouwen, totaal 101, en dat het getal der verpleegden in de Koloniën der Maat-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1860 | | pagina 9