135 het station voor u,u6, en ook geene soortgelijke concessiën op voor de bezoekers van ondernemers niet onvoordeelig. onze badplaats en was voor de Over de diensten tot vervoer van reizigers en goederen, hetzij over de gewonehetzij over de spoorwegenhebben wij dit jaar niets bijzonders te vermelden. Wij mogen aan de Hollandsche Ijzeren Spoorweg-Maatschappij den lof niet onthouden dat hare dienstvoor zoo veel onze Gemeente betreft, goed was geregeld en met de meeste orde en naauw- gezetheid werd geëxploiteerd. Het gemis van aansluiting aan het groote spoorwegnet, waarover wij ons bij elke gelegen heid hebben beklaagd en waaraan nog laatstelijk Uw adres van den 3den December 1861 aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal zijnen oorsprong ontleende, is en blijft evenwel eene grieve, die zich meer en meer zal doen ge voelen naar mate door den aanleg van nieuwe spoorwegen de communicatie voor andere Gemeenten gemakkelijker en doelmatiger zal worden. De weinige nog bestaande diligencediensten voldoen ge regeld aan hare verpligtingen en leverden ook van de zijde van het publiek geen stof tot aanmerkingen opterwijl die tusschen 's Gravenhage en Scheveningenwaarvan veelvuldig gebruik werd gemaaktin eene wezenlijke behoefte bleef voorzien. Tot ons leedwezen werd aan de door U ver leende vergunning voor den aanleg eener railroute tusschen Gravenhage en Scheveningen nog geen gevolg gegeven. Door ons werd vergunning verleend en standplaats aan gewezen voor eene omnibusdienst in de Gemeente, rijdende van en naar het station van den Hollandschen spoorweg. Verdere concessiën voor diligence- of omnibusdiensten wer den niet verleend en ook geene soortgelijke concessiën wer den ingetrokken. MIDDELEN VAN VERVOER TE LANDE. C.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1861 | | pagina 141