64 De bouw van een nieuw Burgergasthuiswaarover in den Gemeenteraad gewigtige discussiën zijn gehoudenten aan zien van welke wij hier in geene herhaling zullen treden, werd in 1861 begonnen door de ontgraving van het terrein en de aanbesteding van het leggen der fundamenten, met welk laatste werk men reeds ver gevorderd is, doch waarvan de voltooijing eerst in 1862 zal plaats hebben. Het plan waarnaar het nieuwe Gasthuis zal gebouwd worden, werd in overleg met Heeren Regenten en Geneeskunstoefenaren van het Burgergasthuis ontworpen en door U, in Uwe Vergade ring van den 14den Mei 1861, goedgekeurd en vastgesteld. De statistieke opgaven omtrent het Burgergasthuis, in den vorm voorgeschreven door den Staatsraad, Commissaris des Konings in de provincie Zuidholland, Maart 1859, A, n°. 1755 (2<Ze Afd.), lett. K achter dit Verslag gevoegd. geven deze opgaven geene van den Isten zijn als Bijlage Tot bijzondere opmer kingen geven deze opgaven geene aanleiding; wij voegen alleen de mededeeling daarbij, dat in 1861 het grootste getal verpleegden in de beide afdeelingen bedroeg 137 en het kleinste getal per dag 83 terwijl wij ten aanzien van de meerdere uitgavenwelke het Burgergasthuis voor dit jaar heeft gevorderd, de toelichting van Heeren Regenten bij hunne aanvrage om verhooging van sommige posten der Begrooting voldoende achten, daar die aantoont, dat het getal verpleegdagen van de zieken in 1861 tot dat in 1859 staat als 3 tot 2. Overgaande tot de bespreking van het geneeskundig ge sticht voor krankzinnigen in deze Gemeente, moeten wij tot ons leedwezen vermelden, dat de verhouding tusschen het getal der verpleegden en dat der herstelden in dat ge sticht in dit jaar niet gunstig is geweest, niettegenstaande aan de verpleging en behandeling der krankzinnigen de zelfde zorg werd gewijd, welke daaraan vroeger besteed werd, en de inrigting van het gesticht volstrekt niet ver-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1861 | | pagina 70