II O O F D S T U K I. Bevolking. Was men bij het uitbrengen van het vorig Verslag nog niet in de gelegenheid eene juiste opgave te doen van de bevolking der Gemeente, in verband met den uitslag der op den Sisten December 1859 gehouden volkstelling, thans is men daartoe in staat door de officiële opgave der uitkomsten van die volkstelling in de Provincie Zuid-Hollandmede gedeeld bij Circulaire van den Commissaris des Konings van den 14den April 1862, A, n°. 3008 {kdeAfd} (Prov. blad n°. 49), waaruit blijkt, dat deze Gemeente op den Sisten December 1859 telde 78,318 ingezetenen, verdeeld in 35,537 mannen en 42,781 vrouwen. Bij dit cijfer opnemende dat der geborenen in 1860 en dat van hen, die zich alhier in dat jaar vestigden, en daar van aftrekkende de gedurende dat tijdvak overledenen, als- i 1 er voldoening aan art. 182 der Gemeentewet hebben Burgemeester en Wethouders de eer, omtrent den toestand der Gemeente in 1861, het navolgend Verslag uittebrengen LOOP DER BEVOLKING GEDURENDE HET AEGELOOPEN JAAR.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1861 | | pagina 7