1*23 Gedurende het jaar 1862 was de bevolking in het huis van bewaring afwisselend als volgt: twee mannenen eene vrouw en op den disten December 1862 vier mannenen twee vrouwen. Bij Zijner Majesteits besluit van den 31 sten October 1862, n". 72, is aan den Heer Mr. J. A. Philipse Lid en Viccpresident der Commissie van administratie over de gevangenissen alhier, op zijn daartoe gedaan verzoek, een eervol ontslag uit die betrekkingen verleend, onder dank betuiging voor de langdurige en gewigtige diensten door hem als zoodanig bewezen. Het Vicepresidium werd daarop opgedragen aan den Heer E. II. Baron Rengers van Warmeniiuijzen, oudste Lid van voormelde Commissie. In het personeel, belast met het opzigt over de gevan genen, heeft gedurende het afgeloopen jaar geene veran dering plaats gehad. Ten aanzien van de voeding en de verdere verpleging, van het werk en van de geneeskundige behandeling der gevangenenworden de voorschriften gevolgdwelke voor de Rijksgevangenis in werking zijn. Over het gedrag der gevangenen had men allezins reden tevreden te zijn. Voor de kosten van onderhoud van het gebouw, dat met het huis van militaire en burgerlijke verzekering ver- eenigd is, het mobilair en de gevangenen wordt door de Gemeente aan het Rijk terug betaald de som van f 0.20 voor eiken persoon per verpleegdag, welke uitgave over 1862 in het geheel heeft bedragen de somma van f 104.20. b. HUIS VAN BEWARING.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1862 | | pagina 127