134
is reeds druk werkzaam aan de voorbereiding van deze
belangrijke tentoonstelling. Zijne Koninklijke Hoogheid
de Prins van Oranje beeft het Eere-Voorzitterschap der
Commissie aangenomen.
Verder hield de alhier gevestigde Afdeeling van de
Maatschappij van Nijverheid te Haarlem zich steeds
onledig met de waarneming der belangen van de nijver
heid door al de haar ten dienste staande middelen en
de kennis uitgebreid werd van de leden der Afdeejjpg-,
hetzij zijdoor het toekennen van vereerende getuig
schriften voor langdurige en getrouwe dienstbij den
werkman ijver en werkzaamheid trachtte aan te moedigen
of hem, door het leenen van boeken, tot eene weten
schappelijke ontwikkeling poogde te brengen. Bij haar
is het plan gerijpt, om in '1863 alhier eene Nationale
tentoonstelling te houden van voorwerpen, vervaardigd
van metaal, en de daarvoor benoemde Commissie, be
staande uit de Heeren:
Jhr. Mr. F. G. A. Gevers Deynoot, Voorzitter;
Jhr. H. C. A. Verhuêll, Ondervoorzitter
P. F. W. Mouton Secretaris
F. L. der Kinderen, Penningmeester
Jhr. Mr. J. J. de la Bassecour Gaan;
F. N. de Charro;
J. F. Cuijpers
A. P. Godon;
L. A. H. Hartogh;
M. L. Hermans
W. .1. van Heynsbergen;
J. F. Mansvelt
J. B. Maxwils;
Mr. Th. van Stole en
Mr. J. P. Vaillant
