38 te hebben, gedeeltelijk door het niet beleggen van eenige in 4862 ontvangen koopsommen, ten bedrage van ruim 30,000, welke nietbelegging met verkoop gelijk staat, maar ook omdat door minder uitgaaf en meer ontvang een geringer bedrag door verkoop te dekken was dan men had begroot, en nu gelooven wij, dal de administratie waarbij gerekend was op een verkoop van 134,900, namelijk toegestaan niet belegde gelden 164,900 -30,000 134,900 en die volstaan kan met eene waarde van 65,000 te gelde te makenniet gezegd kan worden in een ongunsti- gen toestand te verkeeren. In elk geval mogen wij roemen in het bezit eener inschrijving op het Grootboek, die de Gemeente lot nog toe het voorregt schonk, datgene te zien uitvoeren wat door U geacht wordt te strekken tot bevordering van hare ontwikkeling en hare welvaart. Het was ons daarom vooral ook aangenaam, dat die bezitting weder voor een gedeelte kon bespaard worden. De stand dier bezitting was, dat het kapitaal op den Isten Januarij 1862 bedroeg 652,100, 2.1 pCt. Hiervan werd tot dekking van de kapitaalrekening van de Com missie voor de Badinrigting te Scheveningen afgeschreven de somma van 23,200, terwijl nog in 1862 van dat kapitaal, ter bestrijding der kosten van den aankoop van verschillende pandenwerd verkocht voor een bedrag van 56,900en voor de buitengewone werken een kapitaal van 103,400, zoodat het kapitaal der inschrij ving verminderd is met 183,500, en derhalve bij het sluiten der dienst van 1862 zal bedragen 468,600. Ontegenzeggelijk is deze kapitaalvermindering nog al belangrijk, en moet men die vermindering met schroom

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1862 | | pagina 44