101 1°. 2°. om de Schouwburgzaal en het tooneel te doen verbouwen en restaurerenovereenkomstig het door den Gemeente-Architect opgemaakt ontwerp waarvan de kosten van uitvoering door hem waren begroot op f 65,000; om het Fransche tooneel te nemen voor rekening der Gemeente voor den tijd van twee speeljaren, namelijk: van 1°. November 1863 tot ultimo April 1865, onder bepaling, dat het beheer daarover zal worden opgedragen aan een Directeur-Gérant onder toezigt van eene Commissie uit den Ge meenteraad. Wij mogen ons niet veroorloven in dit Verslag breed voeriger over gemeld rapport uitteweidenen moeten ons bepalen tot de verwijzing naar dat afzonderlijk gedrukte en verkrijgbaar gestelde stuk en verder naar de discus- siënwelke over de gedane voorstellen in den Gemeenteraad hebben plaats gehad en te vinden zijn in het Bijblad van 1863, pag. 45—51 en 59—65. De Raad heeft zich ten slotte met beide voorstellen ver- eenigden zoowel tot de verbouwing der Schouwburgzaal als tot de eigen exploitatie van het Fransche tooneel ge durende twee jaren in de zittingen van den 25sten Fe bruary en den 9den Maart 1863 besloten. Na de vermelding van dit belangrijk en veel omvattend besluit tot ons gewoon verslag terugkeerendemoeten wij verklaren, dat de Heer Jahn als Directeur van den Franschen schouwburg tot den laatsten Mei 1863 zich, ondanks alle bezwaren en de vele moeijelijkhedenwelke hij te overwinnen had, krachtig heeft staande gehouden en het tooneeljaar goed ten einde gebragt heeft, alleen zoo als wij vreezen moeten, geenszins ten zijnen bate, omdat de Schouwburg niet genoeg bezocht werd, om aan I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1863 | | pagina 107