James Whistler 106 Buitenlandsche kunstenaars. Nederlandsche kunstenaars. 1865 1866 te Brussel, Londen. en door haar werd bij proces-verbaal van den 24sten Junij 1863 kenbaar gemaakt, dat zij de beschikbare me dailles had toegekend aan de Heeren: T. S. Cool, Mej. G. J. VAN de Sande Bakhuijzen, J. F. van Deventer, en II. A. van Trigt. J. Kindermans 0. van Thoren Volgens eene met de Gemeentebesturen van Amsterdam en Rotterdam aangegane overeenkomstzullen deze tentoonstellingen voortaan afwisselend in de drie Ge meenten plaats hebben, en wel in 1864 te Rotterdam, 1865 Amsterdam, 1866 's Gravenhage en zoo vervolgens. Wij zijn overtuigd, dat deze schik king voor de belangstelling in de kunst gunstige ge volgen zal hebben. Wij kunnen nog mededeelen, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken, ter gelegenheid van de gehouden tentoonstelling, aan de toen geconstitueerde Jury het navolgend schrijven heeft gerigt «Bij gelegenheid der behandeling van de Staatsbegroo- ting voor 1863, in de maand November 11., is ook de vraag ter sprake gekomen in hoe verre de Regering den bloei der vaderlandsche kunst door aankoop zou kunnen bevorderen. Ik deed daarbij als mijn gevoelen kennendat zooda nig middelstreng en juist toegepasteen goed middel kon zijn, maar dat alles zou afhangen van de wijze,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1863 | | pagina 112