119
4°.
2
2
3
I
c.
2
1
5°.
1
11°.
14°.
Getal personen, door elke soort- van instellingen
2
1
1
3
1
1
a.
b.
1
1
i:
6°.
7°.
8°.
9°.
10°.
1
1
12
1
1
B.
bedeeld, verpleegd of daarvan op de eene of andere wijze
de weldadige werking ondervonden hebbende:
Godshuizen
Weeshuizen
Gestichten voor oude en ge
brekkige lieden
Idem voor oude lieden en kin- H
deren te zamen
d. Bestedelinghuizen
e. Hofjes:
1°. Alleen woning, zonder of
tegen geringe huur
2°. Behalve vrije woning, on
derstand in geld of natura.
Gestichten, uitsluitend voor zie
ken en gewonden
Banken van leening
Zieken- en begrafenisbussen j
Spaarbanken
Spaarkassen -.
Instelling tot werkverschaffing in j
daartoe ingerigte werkplaatsen
Idem op andere wijze dan in
daartoe ingerigte werkplaatsen
12°. Hulpbanken
13°. Vereeniging tot verbetering der
woningen van de arbeidende
klasse
Wasch- en badinrigting
Ongesubsid.
Gesubsid.
