138
HOOFDSTUK XIV.
Ambachts- en Fabrieknijverheid.
wat in billijkheid deze gewigtige tak van volksbestaan in
onze Gemeente kan opheffen of schragen.
Het voorschrift van het Verslag vordert onder dit Hoofd
stuk eene opgave van de voornaamste fabrieken en van
haar toestandvan de vervallen en nieuw opgerigte fabrieken
van het aantal stoomwerktuigen welke daarbij gebruikt
wordenen van het getal der -in de fabrieken werkzame
arbeiders; dit alles wordt gevonden in den staat, als
Bijlage lett. Z. hier achter gevoegd, welke staat ons ge
leverd is door de Kamer van Koophandel en Fabrieken.
Het verslag dezer Kamerwaarnaar wij reeds in het
vorig Hoofdstuk verwezen en waarvan de gemelde staal
eene bijlage istreedt ook in vele bijzonderheden omtrent
den staat der ambachts- en fabrieknijverheid in de Ge
meente nadat het vooraf eene welverdiende hulde heeft ge-
bragt aan de verdiensten van haar medelid, de Heer L. J.
Enthoven, dien zij in het vorig jaar door den dood ver
loren heeft. Met haar betreuren wij dat verlies, hetwelk
aan de Gemeente een man ontruktewiens werkzaamheid
en groote bekwaamheden wij op prijs stelden en aan
wiens nijverheid en ondernemingsgeest de Gemeente veel
goeds te danken heeft.
De aanvulling der Kamer door de verkiezing der Hee-
ren A. E. Maas en K. Enthoven Lz. in plaats van wijlen
de Heeren P. Varkevisser en L. J. Enthoven, en de keuze
van den Heer W. J. van Heijnsbergen tot Voorzitter
van de Kamer, geven ons een waarborg dat de belangen
van nijverheid en handel bij voortduring goed behartigd
zullen worden.