bezoldigingenzijn door UEd. Achtb. met de meeste onderschei ding bejegend en met de onbekrompenste welwillendheid ingewil ligd. Wij kunnen niet anders dan dezelfde dankbetuiging over hebben voor het Dagelijksch Bestuur uit uw midden, dat, waar het reglementen instruction en maatregelen betreffende de huis houding van het Gymnasium goldons steeds de bewijzen ge schonken heeft van het onbepaaldst vertrouwen. Maar aan dit gevoel van erkentelijkheid verbindt zich voor ons het besef, dat onze verantwoordelijkheid des te grooter is om alles te doen waardoor het doel, dat zich UEd. Achtb. hebben voorgesteld, kan worden bereikt; verbindt zich de overtuiging, dat wij thans, zon der voorliefde voor eigene denkbeelden of wenscheneene onbe wimpelde openlegging verschuldigd zijn van hetgeen wij gedaan hebben, en van de resultaten welke deze cursus heeft opgeleverd. Onder de eerste werkzaamheden, welke ons te doen stonden, behoorde het ontwerpen van een reglement van orde voor ons eigen Collegie. Ons ontwerp werd door Burgemeester en Wet houders, bij besluit van den 28sten Mei 1862, goedgekeurd. Wij hebben de eer UEd. Achtb. van dat reglement een exemplaar over te leggenen meenen uwe aandacht inzonderheid te moeten vesti gen op artt. 8 en 9 en artt. 1214. Zoowel het dagelijksch toezigt, aan een enkelen onzer bij maandelijksche afwisseling op gedragen als de meer werkzame deelneming van het Collegie van Curatoren aan de toelatings- en promotie-examens zijn, althans wat de tegenwoordige wijze van uitvoering betreftnieuwigheden. Door het eerste meenden wij dat, om zoo te zeggen, eenhoofdig beginselhetwelk aan de nieuwe organisatie ten grondslag lag te versterken, daar de magt des bestuurders zijn steun zou vinden in het toezigt en de beslissing van den maand-commissgrisdie behoudens de regelenvoorgeschreven in uwe Verordening, opper- magtig in voorkomende gevallen kon beslissen en van die be slissingen alleen rekenschap verschuldigd was aan ons Collegie. Door die bepaling achten wij tevens elk onzer tot meer gestadig schoolbezoek verbonden. Zoowel dit als het meer werkzame deel dat Curatoren individueel in de toelatings-examens en promotie- examens zouden nemen scheen ons een waarborg te zijn dat de studiën aan het Gymnasium steeds op de hoogte zouden worden

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1863 | | pagina 233