r
vergelijking van het programma over het afgeloopen schooljaar met
vroegere staten mag die vermeerdering aanmerkelijk worden ge
acht. De Woensdag-namiddagen werden voor het onderwijs be
schikbaar gesteld en de lessen op Zaturdag met een uur vermeer
derd. De belangstelling, waarmede elk der vakleeraars voor het
zijne vervuld was, had ten gevolge, dat zij met regt meer huisse-
lijke studie van hunne leerlingen vorderden en het huiswerk voor
deze verzwaard werd. Het was ons geen onverwacht verschijnsel,
dat zich al spoedig klagten van ouders en leerlingen deden ver
nemen, om welke wij echter de proefneming niet meenden te mogen
opgevenen zie de uitslag is in het voordeel van ons stelsel ge
weest. De klagten zijn hoe langer hoe zeldzamer geworden en zijn
geëindigd met geheel op te houden; de ijver der leerlingen, door
de degelijkheid van het gegeven onderwijs in elk vak geprikkeld
schijnt hun de huisselijke taak ligter te hebben gemaakt.
Zoo in dit opzigt het programma over het geheel nagekomen is
in andere opzigten bleken wijzigingen noodzakelijk. De leerlingen
der hoogere klassen waren door het vroeger genoten onderwijs niet
ver genoeg gevorderd om dat te verdragen hetwelk thans door
het programma aan elke klasse was voorgeschreven. Vooral in de
uit twee tot één vereenigde klasse (art. 62 der Verordening) deed
zich die leemte gevoelende vatbaarheid en de vorderingen der
leerlingen waren zeer ongelijk en slechts enkele der uit de vorige
eerste klasse bevorderden waren gelukkig genoeg bedeeld om na
eenige oefening gelijken tred te houden met de oudere leerlingen.
Wij hadden die uitkomst voorzienen daarom aangedrongen om
in bijzondere leeruren de achtergeblevenen op de hoogte der meer
gevorderden te brengen. De leeraars hebben in dit opzigt onze
wenschen niet begrepenwel hebben zij kosteloos eenige hunner
uren buiten den schooltijd toegewijd aan het geven van bijzonder
onderwijsmaar zij hebben dit gedaan ten voordeele dier jonge
lieden, die bijzondere liefhebberij voor hun vak betoonden en in
evenredigheid daartoe vorderingen gemaakt hadden. De zwakkeren
voor wie het bijwerken het meeste noodig was, bleven achter liggen.
Ofschoon de redenenwelke dit stelsel noodzakelijk maakten
vooral den eersten cursus na de nieuwe organisatie betreffen en
allengs met eiken nieuwen cursus minder zullen wordenis het