78
7,461.85
Totaal f 60,654.43 j
Hier tegenover stonden in ontvang de
schoolgelden, welke op de scholen voor
minvermogenden en op de burgerschool
tegen matig schoolgeld ontvangen werden,
tot een gezamenlijk bedrag van
Dit cijfer is belangrijk minder dan over 1862, om
dat toen daaronder begrepen was eene som van f' 55,500
voor den bouw van nieuwe en verbouwing van bestaande
schoollocalenkosten van schoolmeubelen enz., terwijl men
in 1863 daarvoor niets heelt uitgegeven. De som, met
welke het in 1863 aangewende bedrag mag worden ver
geleken, is dus niet het in 1862 uitgegeven totaal van
f 106,333.93 j, maar slechts dat bedrag, verminderd met
55,500, of f 50,833.93, en dan blijkt het dat de uitga
ven voor het onderwijs ook dit jaar weder geklommen zijn.
Aan den bouw eener school te Scheveningenwaartoe
in 1863 het plan bestond, heelt men, zoo als reeds in
Hoofdstuk V vermeld werdniets kunnen doenuil hoofde
van het oponthoudhetwelk voortvloeide uit het zoeken
naar een geschikt terrein voor die schoolwelke men
voornemens was geweest te bouwen achter de armenschool
in de Keizerstraat, doch van welk voornemen afgezien is
uil de overtuiging, dat die ruimte uit onderscheidene oog
punten voor die school ongeschikt was. De voorgenomen
bouw zal nu in 1864 plaats hebben.
In den loop van 1863 werden nog aan de onderstaande
personen verklaringen afgegevenbedoeld bij art. 37
lett. c der wet van den 3den Augustus 1857 (Staats
blad n°. 103), als:
Zoodat voor de kosten van het lager
onderwijs blijftf 53,192.584