82 6°. de Stads-r ij school. De berigten, welke wij van de Commissie over deze inrigling hebben ontvan gen van den gang van zaken, van het onderwijs en van de paarden, luiden over het algemeen zeer gunstig. De Commissie is zeer tevreden over den 5°. de Zwemschool. Het is ons aangenaam omtrent den toestand dezer school weder gunstiger berig ten te kunnen geven dan in het vorig jaar het geval was. In plaats van voortdurenden achter uitgang, waarvoor wij toen vreesden, op grond van het verminderend cijfer der burgerleerlingen kunnen wij nu, door de welwillendheid van den Heer Directeur der Zwemschool daartoe in staat gesteld, berigten dat in 1863 weder 64 jongelie den aan het onderwijs deelnamen en dat het onder wijs zeil' zeer voldoende uitkomsten heelt opgele verd, daar de 1ste klasse, die met het begin van het saizoen 24 sterk was, in aantal geklommen is tot 42. Minder gunstig luidt het rapport van den Direc teur over den toestand van het locaal, dat door hem vervallen wordt genoemd en waaromtrent hij een rapport aan den Plaatselijken Commandant heeft uitgebragt, dat aanleiding heeft gegeven tot voorstellen van de zijde der militaire Autoriteit, welker behandeling evenwel behoort tot de dienst van 1864 en waarover wij dus eerst in het vol gende Verslag kunnen rapporteren. Zoo veel is zeker dat de behoefte aan verbetering in deze dringend is, maar ook dat de Gemeente noode besluiten kan om vele kosten te maken aan eene inrigting, waarvan de plaatsing ondoelmatig en hinderlijk is aan hare ontwikkeling

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1863 | | pagina 88