Mutatiën in de Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzigt. dan voor, niet zelden met Volgens de Verordening traden met uit3. December 1863 af de Heeren D. W. Kraijenbeink A. P. van Lüünen en J. C. van tijd tot tijd waargeno- nu en Maatregelen ter voorkoming en genezing van ziekten. Behalve pokkenzijn er dit jaar geene heerschende ziekten waargenomendie algemeene maatregelen van voorziening nood zakelijk maaktendoor het Stedelijk Bestuur werden zeer doel matige politiemaatregelen ten opzigte dezer epidemie genomen en de voortdurende ijver der geneeskundigen, om hen, die nog niet gevaccineerd warenaan deze kunstbewerking te onderwerpen en door revaccinatie hendie reeds vroeger gevaccineerd waren voor dc besmetting zoo veel mogelijk te vrijwarenheeft hoogst gunstige resultaten opgeleverd en verdient dus allen lof. Ook bij deze epidemie heeft de vaccine haren weldadigen in vloed weder ten duidelijkste bewezen, want ware het overgroote gedeelte der bevolking daardoor niet beschut geweest, voorzeker de verwoesting, door deze vreeselijke ziekte aangerigt, zou oneindig grooter geweest zijn. Angina diphtheritica kwam doodelijken afloop. Tusschenpoozende koortsen werden menmeestal was het verloop gunstig. Ook weder dit jaar, even als vele vorige jaren, kwamen Hype- raestesien en neuralgien in alle standen der maatschappij voor. Het getal overledenen was in 1864 veel grooter dan in het vorige jaar en bereikte het cijfer van 2554: evenwel overtrof het getal der geborenen dat der overledenen nog met 535. Uit het bovengemelde blijkt, dat de gezondheidstoestand in 1864 veel minder gunstig was dan in 1863, hetgeen voornamelijk moet worden toegeschreven aan de epidemie der pokken en aan de N. N. O. en O. winden, die tot in Julij geheerscht en op den gezondheidstoestand een’ hoogst ongunstiger! invloed uitge oefend hebben.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1864 | | pagina 193