meestal de schors te hard om tot de gevaarlijke kern door te drin gen. Wij hebben derhalve ook nu niet geaarzeld, dien schrijver, voor de kennis van het Attisch spraakgebruik en van het leven der Atheners zoo onontbeerlijk, op ons programma te handhaven. Zoo de standwaarop het onderwijs in het Grieksch in de hoogere klassen gebragt werdeere doet aan den leeraar wiens vertrek wij betreuren het is ons aangenaam melding te kunnen maken van de vorderingen over het geheel door klasse III A gemaakt. Het was den heer van Herwerden aangenaam meer malen zijne hulde te brengen aan zijnen hulpleeraar Dr. II. Mülder voor de uitstekende en degelijke grondslagen door dezen gelegd waarop het hem vergund was met zoo goed gevolg voort te bouwen. Eerst bij deze klasse konden de vruchten van het onderwijs van dien hulpleeraar in hare waarde worden gekend en curatoren aarzelen geen oogenblik zich met den lof, door den heer van Herwerden aan zijnen medearbeider geschonken, te vereenigen. Dezelfde reden moest ons aanleiding geven aan het onderwijs in het Latijn in klasse III A, gelijke eischen te doen; maar wij moeten het erkennente dien opzigte vonden wij ons in die klassezoowel als in de hoogereminder bevredigd. Terentius en Horatius werden nog liet vaardigst gelezen en verstaanvoor de prozaschrijvers voor Caesar en Ciceroscheen bij de jonge lieden de zin te ontbreken en daarom waren welligt de vertalings- proeven welke wij hoorden minder gelukkig. Toch blijft het onze ineeningdat het verstrekt onderwijs van het Grieksch het onderwijs in het Latijn ondersteunt en het laatste geene schade behoeft te lijden om het eerste. Misschien kan eene wijziging in de methode van den leeraardie gedurende vele jaren aan eene orde van zaken gewend waswaarbij het Latijn meer op zich zelf stond waarbij het onderwijs in beide talen geen eenparigen tred hield veel bijdragen tot eenen beteren uitslag. In allen gevalle beloven wij UEdelAchtb. in den volgenden cursus een ernstig toezigt op dit vak te zullen houden en alles aan te wenden waardoor wij van betere vruchten kunnen verzekerd zijn. Zeer kennelijke vorderingen hebben wij te constateren in de Geschiedenis en Aardrijkskunde. De kundige leeraar in het ge noemde vak had de door hem toegezegde taak grootendeels afge-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1864 | | pagina 242