57 e. liet Kanaalvoor zoo ver het voor de gemeenschap tusschen ’.s Gravenhage en Scheveningen te water moet strekken, voltooid zijnde, werden in 1864 alleen daaraan eenige zijtakken toegevoegd, welk werk evenwel als af- zanderij moet worden beschouwd en dus in Hoofdstuk XII te huis behoort. liet op de diepte houden en schoonmaken van het Kanaal en van de Delftsche vaart behoort tot de werken van den aannemer van het. baggeren en diepen der grach ten en zal derhalve onder lett. behandeld wordenzoo- dat wij onder deze rubriek slechts nog te berigten heb ben omtrent de bruggen, waaraan evenwel in het afge- en met den uitkomenden steen werd eene oppervlakte verstraat 5000 vierkante ellen. Totaal 9000 Overigens werden op de grind- en schelpwegen 9650 mudden schelpen en 190 kub. ellen grind verwerkt. zich van hunne verpligting te kwijten, maar omdat de ligging van het pad en de staat der hoornen de herstel ling bemoeijelijkten. De overneming van dit voetpad in eigendom bij de Gemeente werd uit dien hoofde wen- schelijk geacht en de Raad heeft niet alleen daartoe zijne toestemming reeds gegevenmaar ook bij de Begrooting voor 1865 de middelen aangewezen, om de verlangde verbetering door beschoeijing enz. te bewerkstelligen. Aan de verschillende Gemeentewegen werd in 1864 eene oppervlakte vernieuwd van 3300 vierk. ellen met Waalmoppen, en 700 IJsselsteen. 4000 RIVIEREN, KANALEN EN VAARTEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1864 | | pagina 63