73 HOOFDSTUK VIII. is 1862, pag. 70, bleven ook in 1864 alhier bestaan de oprigting van nieuwe Gemeenten is ons niets bekend. Wij mogen ten dien aanzien derhalve volstaan met de verwijzing naar de gemelde Verslagen. Evenmin heeft hel getal der leeraars, pastoors en rab bijnen, door wie de dienst bij de verschillende kerke lijke Gemeenten in 1864 werd waargenomen, of dal der alhier bestaande kerkgebouwen in deze Gemeente eenige verandering ondergaan, zoodat wij, ten einde noodelooze wijdloopigbeid te vermijden, kunnen volstaan met ten dien opzigte te verwijzen naar de lijsten, welke opge nomen zijn in het Gemeenteverslag van 1863, pag. 74 en 75. liet onderhoud van de alhier aanwezige kerkgebouwen liet, voor zoo ver ons bekend is, niets te wenschen over en, naar wij kunnen nagaan, voldoen zij zoowel wat de ruimte als wat hel uiterlijk betreft aan de behoefte. De vergrooling van het kerkgebouw der R. Cath. Paro chiale Gemeente in de Assendelftstraat heeft in het afge- loopen jaar plaats gehad doch de vermelding daarvan Bijzonderheden omtrent de Schutterij hebben wij dit jaar niet te vermelden; de geest, welke onder de Schut terij heerschlis zeer goed en zoowel bij de onder officieren als bij de officieren bestaat eene gewenschte overeenstemming. Ook wal kleeding en houding aangaat vermeenen wij omtrent onze Schutterij een goed getui genis te mogen afleggen. De kerkelijke Gemeenten, waarvan de lijst te vinden in de Gemeenteverslagen van 1861, pag. 71 en 72, en van en van Kerkelijke Zaken.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1864 | | pagina 79