96 4°. Het ’s Gravenhaagsche Departement der Maatschappij Tot nut van 't algemeen. Wij kunnen tot ons genoegen ook dit jaar weder van vooruitgang ten aanzien dezer instelling ge wagen daar zij blijkens de ons door het Afdeeling- bestuur verstrekte opgaven, den 31 sten December 1865 een getal van 411 gewone, 8 honoraire leden en 30 donatrices teldehetwelk eene 'vermeerde ring uitmaakt tegenover het vorig jaar van 12 leden. De Afdeeling heeft voor hare leden gedurende het wintersaizoen weder de zes gewone lezingen over onderwerpen van letterkundigen of maat- schappelijken aard doen houden, en oefende door de keuze van bekwame sprekers voorzeker een goeden invloed op de algemeene beschaving uit. Dat doel trachtte zij ook te bereiken door hare leesbibliotheekvan welke in het afgeloopen winter saizoen door 375 personen werd gebruik gemaakt. Het getal boeken verminderde eenigzins door de gingen tot beoefening of bevordering van Kunsten en Wetenschappenwelke in deze Gemeente gevonden wor den met opgave tevens van hetgeen door deze instellingen in het afgeloopen jaar tot ontwikkeling van den bloei der kunsten en wetenschappen werd gedaan. Uil den aard der zaak volgt evenwel, dat wij daarbij eene zeer ge- w’enschte kortheid zullen moeten in acht nemen, maar ook tevensdat wij ten dezen aanzien niet vele bijzonder heden kunnen mededeelenomdat wij daardoor een gebied zouden betreden, dat hier slechts in een algemeenen zin te huis behoort en daarom juist ook niet dan in het algemeen mag behandeld worden. De Genootschappen, in betrekking tot de letteren en wetenschappen, welke alhier bestaan, zijn:

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1865 | | pagina 102