jeugd wereld voor dezelfde klasse aangenomentusseheutijdsomdat de ouders zich van elders hier met der woon kwamen vestigen. Volgens getuigenis van den directeur en van de leeraars, is het gedrag dier jonge lieden lofwaardig geweestzij onderscheidden zich door zucht tot orde en ondergeschiktheidschenen de milde beschikkingen van Uwe vergadering tot het aanschaffen en inrigten van een waardig lokaal met wederkeerigezorgvuldige onthouding van al wat aan meubels of behangsels in het gebouw schaden konte willen be antwoorden en hoe gereed is meestal de schenzieke hand der om door vernielzucht hare beheersching der uitwendige aan den dag te leggen. Bij de bezoekendie wijbeur teling ieder als maandcommissaris of ook geheel onverwacht op allerlei urenaan de school hebben gebragtwaren wij telkens getroffen door de stilte en den rustigenorde-lievenden geest, die in alle klassen bleken te heerschen. Geen enkel noemens- waardig vergrijp heeft zich voorgedaanen waar bij zeldzame uit zondering een voorbeeld van jeugdige ligtzinnigheid ter onzer kennis kwam, was een welwillend woord voldoende om herstel en schuldbesef te doen ontstaan. Omtrent de vlijt en de vorderingen der leerlingen luidden de maandelijksche en 3 maandelijksche staten en rapporten over het algemeen gunstig. Er is natuurlijk verschil en verscheidenheid van gavenhet onderwerp dat den een boeit en aantrekt mist voor den ander alle bekoorlijkheid: de docent, die door methode of voordragt sommige geesten weet te bezielen ziet bij anderen allen indruk verloren gaangeen toezigt kan wakendat die geheime tooverkracht aan allenleeraars en leer lingen in gelijke mate worden toebedeeld. Er zijn trageon aandoenlijke gemoederendoor niets tot inspanning te wekken noch te ontvlammen in geestdrift voor navorsching of wetenschap. Maar wat wij gelegenheid hadden op te merkenniet zonder be vreemding waren de uiteenloopende oordeelvellingen der leeraars aangaande de vatbaarheid en den aanleg, die zij in eene kolom der maandstaten omtrent eiken discipel aanteekenen. Men kan uitmunten, door aanleg voor de wis- en natuurkundige weten schappen en den zin ontberen voor taal- en geschiedkunde dit onderscheid ligt voor de hand en springt aanstonds in het oog. Doch wat wij bedoelen is het tegenstrijdig gevoelendat

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1865 | | pagina 242