“25 f 32,500 f 32,890.38 1,016.35 1,000 91,913.05 102,300 15 opcenten der grondbelasting op de gebouwde eigendommen 10 opcenten der grondbelasting op de ongebouwde eigendom men 525 opcenten op de personele belasting het oog op de aanstaande wijziging van het belastingstelsel de aanneming van dit beginsel wenschelijk werd geacht; wordt hierdoor het aanmerkelijk verschil tusschen de op brengsten van 1864 en 1865 opgehelderdblijft evenwel dal tusschen opbrengst en raming van 1865 nog bestaan en tot toelichting daarvan moet men verzoeken, in aan merking te nemen dat deze opgaven gedaan zijn in het begin van April, toen er nog steeds één tiende van het bedrag der opcenten moest ontvangen worden. Ter nadere opheldering volgt hier de splitsing der directe belastingen in: Hieruit blijkt dat de opbrengst bij de opcenten op de grondbelasting de raming slechts weinig heeft over troffen, die op de gebouwde eigendommen met f 490.38 en die op de ongebouwde eigendommen met f 16.35. De opcenten op de personele belasting daarentegen leveren een tekort op van f 10,386.95, doch zoo als wij reeds zoo even opmerkten, dat tekort zal voor het sluiten der rekening verevend zijn niet alleen, maar zelfs door een overschot vervangen, daar het totaal der kohieren voor de Rijks personele belasting, dienst 1865/6 voor de Ge- meente-opcenten een bedrag aanwijst van f 106,516.32^ en dus f 4,216.32$ boven de begrooting. I Opbrengst. Kamin g.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1865 | | pagina 31