4°.
7°.
5».
In leenbruik van Zijne Excellentie den Minister van Justitie:
1°. Drie antieke stoelenafkomstig van het Oude Hof
van Holland, Zeeland en Westfrieslanduit de helft
der vorige eeuw.
2°. Een gesneden houten bordmet de Geregtigheidde
wapens der drie provinciën en de spreuk: non accepietis
cuius quam personam, quia Dei judicium est Anno 1680.
3°. Het portret van Prins Maubits en
4°. Eene onder het Fransch bewiud tweemalen gediend
hebbende valbijl der guillotine.
Van den Heer R. A. Gevebs
I. Een zwart pleister borstbeeld voorstellende Hugo de
groot.
II. Eene zwart ebbenhouten stoel met geborduurd kussen,
waarop de Hollandsche Leeuw met kroon en pijlen.
III. Oorspronkelijke afdruk in rood gebakken aarde van
Prins Willem Fbedebik Maubits Alexander Hen
drik Kabel van Obanje, zoon van Koning WillemIII,
overleden den 4den Junij 1850, in een met spiegel
voorzien kistje, door den beeldhouwer van deb Ven,
die ook op order van Hare Majesteit de Koningin
Zijne Moeder het marmeren standbeeld naar hetzelve
vervaardigd heeften
IV. De levensschets van Mr. Pieteb de Groot Hugo’s-
zoon, met portret, bijeenverzameld door Jhr. J. P.
Cobnets de Groot.
Van den Heer Jhr. Mr. H. J. van der Heim een adres
in 1581, door de Regering van ’s Hage aan Willem I
gerigt, om ook representanten naar de vergadering der
Staten van Holland af te zenden. Op het stuk vindt men
een renvooi van de Staten door Willem den Zwijger
eigenhandig geteekend en de afwijzende beschikking der
Staten.
Van den Heer K. Monshouwer, aannemer van het maken
van een riool in de 1ste Wagenstraat, door wien inge
volge de bepalingen, voorkomende in de algemeene voor
waarden van aanbesteding, zijn overhandigd drie zooge-
