Bijlage O. ’s Gkavexhage, den 14den November 1866. Naar aanleiding van bij den aanvang van liet uitbreken der cholera-epidemie te dezer stede, van verschillende zijden te kennen gegeven verlangen vereenigden de ondergeteekendenmet kennis neming van U Edel Achtbarezich tot eene Commissie tot ver- leening van hulp aan choleralijders en het zoo ver bestaanbaar aanwenden van maatregelen om de uitbreiding der ziekte te voor komen. Het behoeft geen betoog, bij het ontbreken van eenig officieel karakter aan deze Commissie dat hare werkzaamheden zich binnen beperkte grenzen moesten bepalen. Zij oordeelde alzoo in eene eerste plaats haar pogingen te moeten aanwenden om krachtig voedsel aan de behoeftigen te verschaffen. Welwillend werd haar in het bestedelingshuis in het Westeinde gelegenheid gegeven te vergaderen en daar een bureau in te rigtenterwijl de ijverige en naauwkeurige directeur van die inrigtingde Heer Hendrik Jansen, zich met het toezigt en de uitreiking der bons heeft willen belasten. De voedingsmiddelen bestonden voornamelijk in soepvleesch kruidenierswaren en wijnvoor zoo verre deze laatste door de geneesheeren werd noodig geacht. Zoo werd achtereenvolgens door de Commissie uitgereikt: 4830 portiën soep, bedragende f 724.50, 600 n zonder betaling van de Vereeniging van den H. Vincentius de Paula en evenzoo 360 u van de Israëlitische soepinrigting. Bouillon en toebereid vleesch ƒ211.90, versch vleesch ƒ711.70, kruidenierswaren 617.47, wijn 501.06. De soep werd voornamelijk verstrekt door de voormelde inrig- tingen bouillon en vleesch mede door eene vereeniging van particulieren. Al dadelijk bleek evenweldat behalve voedingsmiddelen ook in ligging en kleeding van de lijders behoorde voorzien te worden en evenzoo in de zuivering van nog bruikbare bedden. Immers

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1866 | | pagina 128