den 4den September 1866 aan sommige cathegoriën kunsten gegeven aan de twee hoogste klassen beantwoordde vol komen aan de verwachtingde onderwijzers aldaar A. Dona en F. 3. Haki, zijn den geheelen tijd werkzaam gebleven, terwijl de Heer J. Pu. Koelman volgens zijne beloftezich met het verder toezigt heeft belast. Voor het onderwijs in den zang was aanvankelijk aangewezen de Heer G. J. Pontiek, die dit aan de leerlingen der 3de klasse gedurende 2 uren ’s weeks zou geven. Tenzelfden tijde werd de Commissie van toezigt over de normaallessen onderrigtdat de gelegenheid bestond aan de leerlingen op de muzijkschool koste loos onderwijs in den zang en in de methode van zangonderwijs te doen geven. Op hare aanvrage verklaarde de Commissie van toezigt over de school zich daartoe bereidzoodat sedert het voorjaar van 1866 al de kweekelingen dit onderwijs ontvangen hebben. De besluiten, alhier ter zake van het onderwijs in 1866 geno men door den GemeenteraadBurgemeester en Wethouders enz. zijn de volgende Besluit van den Gemeenteraad, van den 20sten Maart 1866 later ingetrokken bij besluit van den 26sten Junij 1866bepa lende het aantal en den rang der hulponderwijzers en het aantal kweekelingen bij de openbare scholen te 's Gravenhage Besluit van Burgemeester en Wethouders, van den 13/16den April jl.1866 houdende bepalingen omtrent de uren waarop het onderwijs in de gymnastiek zal gegeven worden aan de leerlingen der Gemeente-burgerscholen Besluit van den Gemeenteraad, van den 26sten Junij 1866 regelende de jaarwedden en verdere emolumenten van hoofdonder wijzers de jaarwedden van hulponderwijzers, alsmede de toelagen van kweekelingen bij de openbare lagere scholen te s Gravenhage Besluit van Burgemeester en Wethouders, van den 20/23sten Julij 1866 houdende verandering in de uren waarop het onder- wijs in de handwerken gegeven wordt in de Gemeenteschool in de Jufvrouw-Idastraat; Besluit van den Gemeenteraad, van betreffende het verleenen van toelagen van hulponderwijzers

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1866 | | pagina 168