Onder de nieuw aangenomene kweekelingen zijn er weder zes uit andere plaatsen, te weten: één respectivelijk uit Amsterdam, Rotterdam DelftVlissingen Bergen-op-Zoom en Wassenaar. Het muzijkaal onderwijs van kweekelingen aan de Normaalles sen hier ter stede, waarmede blijkens ons vorig Verslag in het vooijaar van 1866 een begin was gemaaktis sedert geregeld ver volgd en wordt steeds geheel afgescheiden van de lessen der Muzijkschool, door den Directeur dezer laatste gegeven. Daaraan wordt door 64 jongelieden deelgenomen. De eerste en tweede klassen, 40 leerlingen tellende, worden te zamen, de 24 leerlingen der derde klasse afzonderlijk onderwezen. Het onderwijs kan voor alsnog weinig meer bevatten dan de élémentaire kun digheden en de beginselen der zangkunst; daarbij wordt echter veel zorg besteed om smaak en oordeel te beschaven en te ont wikkelen. De beide eerstgenoemde klassen hebben in den aanvang nog al moeite veroorzaakt, daar de jongelieden veel moesten af- leerenwat hun vroeger minder goed onderwezen wasen bij velen maar al te veel neiging bestond, om de muzijk geheel als eene bijzaak te beschouwendie hunne belangstelling niet verdiende. Ook over herhaald verzuim der lessen had men in den beginne bij sommigen te klagen. Allengs is hierin evenwel verbetering gekomen, en de Directeur is tevreden over de vorderingen en het gedrag der leerlingen. Die van de 3de klasse, 24 in getal, welke meerendeels vroeger nog geen muzijkonderwijs hadden genotenhebben in het theore tische en praktische reeds uitstekende vorderingen gemaakt. Zoowel leden der Commissie van Toezigt over de Normaallessen, als de Heer Inspecteur van het Lager onderwijs in Zuidholland hebben ons hunne ingenomenheid met en bijzondere tevredenheid over dit muzijkonderwijs betuigden laatstgenoemde gaf daarbij de overtuiging te kennendat de muzijkale opleidingdoor de kweekelingen thans alhier ontvangen, later uitmuntend naar buiten

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1866 | | pagina 228