’s Gkavenhage, den 2tislen April 1867.
Voor eensluidend afschrift,
E. G. Lagemans, Secretaris.
De Commissie van Toezigt over de
Koninklijke Muziekschool
van Bosse, Voorzitter
E. G. Lagemans, Secretaris.
iuzijk hebben
niet onbe-
zal werkenwanneer zij hunne bestemming bereikt hebben en op
verschillende plaatsen in de provincie of daarbuiten werkzaam zul
len zijn.
Wat eindelijk de geldmiddelen der Muzijkschool aangaatblijkens
de reeds aan Uwe Excellentie medegedeelde rekeningen hebben
de inkomsten der school in 1866 bedragen 7200 aan subsidiën
van het Rijk, de Provincie en de stad s Gravenhagef 192.50
aan renten van belegde gelden bestemd ter voorziening in buiten
gewone uitgaven, en 3278 aan schoolgelden, welke laatste
steeds zeer wisselvallige post van ontvang in dat jaar meer be
draagt dan vroeger, ten gevolge van de straks gemelde tijdelijke
vermeerdering van het aantal betalende leerlingen. De uitgaven
hebben over 1866 bedragen: voor tractementen 9563.58voor
aanschaffing en onderhoud van muzijk en instrumenten f 235.89voor
verwarming en schoonhouden der localen f 293.32; voor meubi
lair 56.68 en voor diversen 359.441. De uitgaven voor trac
tementen en voor aanschaffing van instrumenten en mi
op de begrooting van het loopende jaar weder tot een
langrijk hooger bedrag moeten uitgetrokken worden.
Uit de renten van het Pensioenfonds voor de onderwijzers zijn
in 1866 aan één onderwijzer en vier weduwen van onderwijzers
pensioenen uitbetaald, ten gezamenlijken bedrage van 1638.72.
Het overschot der ontvangen renten is naar de voorschriften van
het reglement belegdwaardoor het kapitaal van het fonds ge
klommen is tot 84,800, 2j pCt. werkelijke schuld nominaal.