61
het Rijksmuseum van oudheden;
het Rijkskabinet van schilderijen van oude meesters;
het Penningkabinet;
de kunstverzamelingen van de Heeren Jhr. II. Steen
gracht d’Oosterland Mr. D. van de Wijnperse en
M. A. F. II. Hoffman;
de verzameling van schilderijen op het Raadhuis;
het Museum van moderne kunst, waarmede in 1866
een aanvang is gemaakt, door den aankoop van twee
schilderijen van den Heer Bource en van Mej. Haenen
het Museum van Oudheden enz. betreffende de geschie
denis van ’s Gravenhage op het Raadhuis
de verzameling van oudheid- en penningkundelief
hebberijen kunstproducten enz. van den Heer J. N. Hurau
het Kabinet van naturaliën, natuur- en scheikundige
voorwerpen van de Maatschappij Diligentiaen
het penningkabinet van den Heer W. F. G. Meijer.
Wij zijn evenwel niet in slaat omtrent deze inrigtingen,
waarvan de meeste algemeen bekend zijn, bijzonderheden
mede te deelen, welke in dit verslag te huis behoo-
ren.
Onder deze rubriek verdienen verder vermelding:
1°. de Leesbibliotheek van het ’s Gravenhaagsch Depar
tement der Maatschappij «Tot Nut van ’t Algemeen» welke
bestaat uit 1322 werken en waarvan in 1866, volgens
het berigt van het Bestuur391 lezers gebruik maakten
2°. de Leesinrigting voor den Ambachtsman, die zich
bijzonder ontwikkelt en die aan hare leden, behalve het
genot van het gebruik eener ruim voorziene bibliotheek
en van eenige volksvoordraglenook de gelegenheid biedt
om zich te oefenen in hel letterkundig teekenen, de
Fransche en Engelsche talen en het Italiaansch boekhouden.
De alhier bestaande maatschappijen, genootschappen en
